Lateralisatie onder de loep! Wat weten we vanuit wetenschappelijk onderzoek? Hoe zetten we deze inzichten om in de praktijk?

Lateralisatie is een fase in de ontwikkeling van de hersenen en de motoriek van kinderen waarbij ze het onderscheid leren maken tussen de linker- en de rechterkant van het lichaam en tijdens dewelke een voorkeurshand ontstaat. Dit loopt helaas niet voor elke kind probleemloos.

Tijdens deze studiedag nemen we lateralisatie onder de loep! In de voormiddag focussen we op de huidige wetenschap rond lateralisatie. We starten met een beschrijving van de term om al snel over te gaan naar de neuroplasticiteit van de hersenen. We bespreken uitgebreid één van de belangrijkste kenmerken van lateralisatie op gedragsniveau, nl. de handvoorkeur. Hoe ontwikkelt handvoorkeur zich bij het kind? Wat is het belang van handvoorkeur? We gaan ook wat dieper in op de richtingsproblemen. Samen met de deelnemers kijken we of deze inzichten uit de literatuur kunnen bijdragen tot een antwoord op deze vragen. 

In de namiddag starten we met een casus waarrond we samen met de deelnemers klinisch redeneren om lateralisatieproblemen te herkennen. Vervolgens bespreken we de aanpak van lateralisatieproblemen inclusief programma’s ter bevordering van het schrijven en voorbereidend schrijven, ruimtelijk inzicht, fijne motoriek en grove motoriek. Hierbij trachten we de wetenschappelijke inzichten te vertalen naar de praktijk. Het principe van co-teaching wordt uitgelegd. 

Deze vorming wordt gegeven door dr. Marieke Coussens (ergotherapeut) en MSc. Griet Dewitte (pediatrisch kinesitherapeut). Beiden hebben jarenlange (klinische) ervaring met deze doelgroep. 

Deze vorming wordt gegeven door dr. Marieke Coussens (ergotherapeut) en MSc. Griet Dewitte (pediatrisch kinesitherapeut). Beiden hebben jarenlange (klinische) ervaring met deze doelgroep. 

Leerdoelen

1. Inzicht hebben in de huidige wetenschap rond veranderingen ter hoogte van het brein bij kinderen met neurologische ontwikkelingsstoornissen; 

2. Inzicht in het klinisch redeneerproces rond een kind met een neurologische ontwikkelingsstoornis;

3. Inzicht hebben hoe de wetenschappelijke inzichten kennis kunnen omgezet kan worden naar de praktijk. 

Doelgroepen

Kinesitherapeuten, Logopedisten, Ergotherapeuten, Sport- en Bewegingswetenschappers, Psychologen, Leerkrachten, Zorgcoördinatoren, Pedagogen, CLB-medewerkers